Echte hoogbegaafden hebben niet meer, maar juist minder emotionele problemen

Delen:

Dat is de opmerkelijke conclusie uit de TALENT-studie onder 3400 jongeren op 27 Vlaamse scholen. Jeroen Lavrijsen en Karine Verschuren van de KULeuven doen er verslag van op de website van het Talent-platform  in mei 2019. De conclusie is opmerkelijk, omdat het gegeven dat hoogbegaafdheid gepaard zou gaan met emotionele problemen al decennia lang als onwrikbare volkswijsheid  te boek staat. Maar externaliserend probleemgedrag komt bij begaafde (IQ = 120-130) en hoogbegaafde jongeren (IQ >130) zelfs minder vaak voor dan bij niet begaafde jongeren. Het bijzondere is wel dat de jongeren, die ooit als hoogbegaafd werden gediagnosticeerd, wél meer probleemgedrag vertonen. Dat gegeven heeft als lastige consequentie dat de groep jongeren met een diagnose hoogbegaafdheid niet representatief is voor de groep begaafde jongeren in het algemeen, terwijl ze daar in onderzoek bij uitstek wel voor werden gehouden. Onze kennis van hoogbegaafde jongeren is kortom gebaseerd op onderzoek bij een verkeerde niet-representatieve groep. Hoe kan het nu zijn dat de groep ‘als hoogbegaafd gediagnosticeerden’ wél meer emotionele problemen kent? Lavrijsen en Verschuren suggereren twee mogelijke verklaringen. 1 De problemen worden door de diagnose zelf gecreëerd. 2 De jongere had al emotionele problemen en die vormden de aanleiding om hem of haar op hoogbegaafdheid te laten onderzoeken. Qua plausibiliteit doen de beide hypothesen niet voor elkaar onder.

In een tijd waarin mensen wel heel nadrukkelijk met hun guilty pleasures te koop lopen, moeten we niet te lang stil staan bij de geneugten van het achteraf gelijk krijgen, maar deze wetenschappelijke vaststellingen komen mij wel heel erg goed van pas. Sinds jaar en dag vecht ik, overal waar mogelijk, de veronderstelde relatie tussen hoogbegaafdheid en sociaal-emotionele problematiek aan. In het decembernummer van 2002 van hetzelfde tijdschrift Talent heb ik in een interview aan mijn brede overwegingen lucht mogen geven. Hoogopgeleide ouders, die het gegeven dat hun kinderen met sociaal-emotionele problemen kampen een wending proberen te geven door te veronderstellen dat dat met hun hoogbegaafdheid samenhangt, manifesteren zich al sinds hoogbegaafd halverwege de jaren tachtig weer tot hype begon uit te groeien. Hoogbegaafd is inderdaad hoogbegaafd in de breedte. Een hoogbegaafd  kind met sociaal-emotionele problemen is niet hoogbegaafd, maar een kind met problemen. Het is overigens de vraag wat een hoog IQ nu precies waard is. Een overtrokken focus op een hoog IQ creëert merkwaardige verschijnselen. Een gezelschap als Mensa, dat alleen toegankelijk is voor de 2 procent intelligentste leden van de bevolking, verzamelt veel exemplaren van de menselijk soort die op de normale buitenwacht eerder als eigenaardig of vreemd overkomen, dan als intelligent. Het probleem dat hoogbegaafde kinderen zich onbegrepen zouden voelen  en daardoor geïsoleerd zouden raken is een bedacht probleem. Echt hoogbegaafde kinderen begrijpen maar al te goed dat ze niet begrepen worden. Zo begreep ik zelf destijds als 10-jarige maar al te goed waarom ik op de lagere school gepest werd. (Ben nooit als hoogbegaafd gediagnosticeerd, maar was wel het slimste jongetje van de klas. Vreselijk irritant voor die drie jaar oudere klasgenoten, die van wat mij kwam aanwaaien nooit iets zouden begrijpen).

Veel belangrijker dan het gelijk achteraf is vanzelfsprekend dat van nu af op alle fronten in het onderwijs en in de adviespraktijk het idee dat hoogbegaafden per definitie emotionele problemen hebben op wetenschappelijke gronden kan worden bestreden. Hoe we af moeten komen van de body of knowledge over hoogbegaafden die op onderzoek van een selecte steekproef is gebaseerd staat mij minder helder voor de geest.

Lavrijsen, J. & Verschueren K. (2019). Begaafde jongeren, moeilijke gevallen? Het belang van  systematisch onderzoek naar het functioneren van cognitief sterke jongeren. Talent.be, maart 2019.

Schepers Th. (2002). ´Niet alle aandacht voor hoogbegaafdheid is gezond. In gesprek met Bas Levering, wijsgerig en historisch pedagoog, Talent, december 2002, 21-22.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *