Zoals bekend werden in 2015 verschillende zorgtaken waaronder de jeugdhulp overgeheveld van het Rijk en de provincies naar de gemeenten. De overheveling ging gepaard met een bezuinigingsoperatie van miljarden euro’s die jarenlang doorgaat. Eind 2015 bleek echter al uit een monitor van de VNG dat ruim driekwart van de gemeenten gemeentelijke middelen moest toevoegen aan het jeugdhulpbudget om dat kalenderjaar uit te komen. Het jaar daarop kondigde de helft van de jeugdhulpregio’s aan dat ze verwachtten dat jaar op een tekort uit te komen wat betreft het jeugdhulpbudget. Eind 2016 bleek uit onderzoek onder 215 gemeenten dat meer dan de helft van de gemeenten verwachtte zowel in dat jaar als in 2017 niet uit te komen met het jeugdhulpbudget.
Waar bij aankondiging van de bezuinigingen wel voor is gewaarschuwd maar vervolgens geen rekening mee is gehouden is de te verwachten toename van administratieve lasten die elk omvangrijk decentralisatie proces met zich mee brengt (zie de eerdere, vergelijkbare operatie in Denemarken). Sinds de decentralisatie van de jeugdhulp naar de gemeenten zijn de administratieve lasten voor zorgaanbieders evident fors toegenomen. Een deel van het geld dat bedoeld is voor zorg gaat naar administratieve lasten, mede als (voorzienbaar) gevolg van het ontbreken van goede algemene, centrale regelingen van administratieve processen en vergaande en overal net verschillende verantwoordings- en registratie-eisen. Daarnaast menen de gemeenten dat er een grotere vraag naar jeugdzorg is ontstaan, die deels zou worden verklaard door grotere inzet op preventie. Zorgaanbieders menen echter dat er deels uit onkunde, deels uit zuinigheid, juist langer wordt gewacht met verwijzing naar professionele zorg, met name specialistische orthopedagogische en jeugdpsychiatrische zorg, waardoor de crisisplaatsen sinds 2015 snel overvol zijn geraakt.
Nu blijkt uit een enquête onder ruim 900 raadsleden in opdracht van Binnenlands Bestuur dat ruim de helft van alle gemeenteraadsleden voor het komend jaar tekorten in het jeugdhulpbudget voorziet. Zij zijn bang voor verder groeiende wachtlijsten van urgente gevallen en vrezen calamiteiten. Van alle gedecentraliseerde taken wordt de jeugdzorg door ruim twee op de drie raadsleden aangeduid als het veld waarop gemeenten de meeste risico’s lopen. Als grootste risico’s worden het budget, de kwaliteit en de toegankelijkheid van de jeugdzorg genoemd. Acht op de tien raadsleden vinden dat het rijk met extra geld over de brug moet komen.
Volgens de Volkskrant pleegde staatssecretaris Van Rijn het ‘perfecte politiek misdrijf‘ met de invoering van het nieuwe kwaliteitskader voor de verpleeghuiszorg. Dat verplicht de nieuwe regering straks om 2,1 miljard euro extra in te zetten voor verpleeghuiszorg voor ouderen. Ik geloof niet dat Van Rijn eenzelfde truc heeft uitgehaald met de jeugdhulp. Ook in de berichtgeving over de formatie ontstond tot nu toe niet de indruk dat de problemen bij de jeugdhulp hoog op de agenda van de formerende partijen staan. Laten we hopen dat op dit punt in stilte toch iets moois ontstaat, desnoods in de laatste dagen van de formatie.