Kan je je kind ook goedbedoeld te veel steun geven?

Delen:

 

Afgelopen week was er een rel in Engeland. Op twitter pochte een moeder trots dat haar 15-jarige zoon, samen met een 16-jarige vriend, was gaan interrailen door Europa. Het was genoeg reden voor het Londense maatschappelijk werk om deze “verwaarlozende moeder” op te bellen voor een stevig gesprek. De jongens hadden immers het Sodom en Gomorra van de lage landen aangedaan: Amsterdam. Een rel brak uit tussen voorstanders (reizen is goed voor de ontwikkeling) en tegenstanders (dit is levensgevaarlijke verwaarlozing). Waar ligt eigenlijk de balans?

Opvoeding vindt plaats in een maatschappij die complex is, en complexer lijkt te worden. Het liefste zouden we het ons kostbare bezit beschermen tegen alle risico’s en voorbereiden op een harde wereld waarin diploma’s nog steeds tellen, en succes nodig is om te overleven. En dat zijn we collectief ook meer gaan doen. Om jongeren te behoeden tegen dronkenschap hebben we de leeftijdsgrens voor alcohol omhoog laten gaan van 16 naar 18 in 2014. Om maar zeker te zijn dat je kind echt in de klas zit, en niet ongemerkt een onvoldoende haalt, kunnen ouders nu dagelijkse even meekijken in online leerlingvolgsystemen. Het lijkt wel alsof we als maatschappij jongeren steeds meer zien als kwetsbare kinderen die bescherming behoeven, in plaats van over stoere, ondernemende, soms ietwat onhandige, opgroeiende volwassenen in spe. Deze trend in onmiskenbaar, maar helpen we jongeren hier echt mee?

De adolescentie is de fase tussen de kindertijd en de volwassenheid waarin je nog veel moet leren. Het is allemaal spannend. Zelf naar een huisarts gaan. Een conflict oplossen met klasgenoten. En alleen op vakantie gaan. En op welke leeftijd kan een kind dit soort dingen nu zelfstandig? Wanneer doe je een stapje terug als ouders en laat je je puberende kind naar de kroeg gaan, alleen in het donker naar huis fietsen, en op kamers? Impliciet lijken de maatschappelijke verwachtingen van wat jongeren zelf kunnen zonder hulp te zijn opgeschoven – en daarmee ook de leeftijd waarop dit soort belangrijke mijlpalen worden bereikt.

Natuurlijk is het goed dat ouders hun kind beschermen tegen risico’s die ze zelf nog niet overzien. Het is een kernelement van een goede opvoeding dat er regels en structuren zijn, dat verwachtingen en normen helder worden gemaakt en dat er geen enorme veiligheidsrisico’s worden genomen. Maar helpen we jongeren echt door hen te laten opgroeien met psychologische zijwieltjes aan hun fiets? Of is het juist goed ze eerder los te laten? Waar gaat goedbedoelde bescherming en hulp over in het ontnemen van een kans op ontwikkeling en groei?

Om volwassen te worden heb je veerkracht en doorzettingsvermogen nodig, niet alleen goede cijfers en veiligheid. Sterker nog, recent genetisch onderzoek onder 10,000 kinderen in Engeland en Wales suggereert dat schoolsucces vanaf de adolescentie sterker samenhangt met je veerkracht en weerbaarheid, dan met aangeboren talenten of afkomst. Kinderen die aangaven dat ze nieuwsgierig waren, die aangaven dat ze goed met tegenslagen om konden gaan, en die zichzelf een harde werker vonden, hadden een aanzienlijk beter eindresultaat. Terwijl de prestaties op 9-jarige leeftijd nog vooral werden bepaald door aangeboren factoren, verdubbelde de invloed van factoren die door opvoeding kunnen worden beïnvloed, zoals zelfvertrouwen en attitudes, tussen de 9 en 16 jaar.  Jongeren die doorzettingsvermogen hadden ontwikkeld, frustraties konden overwinnen en die het lef hadden om nieuwe dingen te proberen, te exploreren en fouten te maken haalden de beste cijfers.

Een soortgelijk beeld komt terug in onderzoek naar emotioneel welbevinden. Volgens de “stress-inenting” hypothese, moet je jezelf ‘vaccineren’ met kleine onschuldige hoeveelheden van stress, om goed bestand te zijn tegen groter gedoe later. Frustratie, dat moet je leren. Juist door zelfstandig te prutsen, verdwaald te raken en fouten te maken heb je op latere leeftijd de vaardigheden om groter gedoe aan te kunnen. Omgaan met stress geeft tolerantie voor stress. Daar leer je copings-vaardigheden van, en die beschermen tegen latere ongemakken en onheil. Een kind weghouden van risico’s, is paradoxaal genoeg juist een recept voor meer gedoe en mentale problemen op latere leeftijd.

Of een kind is geboren met een aanleg voor welbevinden en prestaties, dat is tot op zekere hoogte een genetische loterij. Maar als opvoeders en als maatschappij in bredere zin kunnen we er aan bijdragen dat kinderen veerkrachtig en dapper zijn. Dat vraagt dat we net iets vaker de autonomie ondersteunen in plaats van bescherming bieden. Want ja, het kan heus wel stress verminderen als je ingrijpt en beschermt, het kind meehelpt met huiswerk en in de telefoon klimt om dat conflict op school met een mentor eens even uit te praten. Maar wordt de jongere zelf hier ook beter van? Geef je juist een extra kans op succes omdat er met een bulldozer een onnodige hobbel is vereffend, of pak je per ongeluk en met goede intenties een kans op persoonlijke ontwikkeling af? Is soms een goedbedoelde ingreep op korte termijn niet juist een risico voor veerkracht op lange termijn?

Jongeren kunnen nog niet alles. En dat hoeft ook niet. Maar ze kunnen het wel leren, als  volwassenen niet in de weg gaan staan. Terugkijkend, hebben we zelf niet het meeste geleerd van ontdekkingsreizen met vrienden. Van momenten van gepruts en gedoe, dat we per ongeluk in de trein naar Groningen stapten in plaats van Maastricht, dat onze tas werd gestolen na een avond stappen en halverwege de vakantie door ons geld heen waren? En waren dat ook niet juist de beste verhalen achteraf om te vertellen?

Oproep

In ons aankomende onderzoek gaan we daarom dieper in op vragen zoals: Wanneer geef je als ouder voldoende steun en bescherming, en wanneer wordt het te veel? We zijn nog op zoek naar deelnemers (ouders en jongeren tussen de 12 en 17) die willen helpen om dit wetenschappelijke vraagstuk op te lossen en een zakcentje willen verdienen https://www.paradoxscience.nl/meedoen/desteunvantegenwoordig/

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *