We zagen het al gebeuren bij de discussie over de toegang tot de IC in Coronatijd. Ten onrechte bleven sommige zelfverklaarde Corona-kenners hameren op het leeftijdscriterium in het geval er nog maar een enkel bed op de IC beschikbaar zou zijn. Zo wees ik er in mijn blog van 18 januari op dat voormalig ‘Denker des Vaderlands’ Marli Huijer zonder aarzeling stelde dat jongeren bij schaarste van IC bedden zouden moeten voorgaan op ouderen. De praktijk had intussen al lang laten zien dat zeer jonge noch zeer oude patiënten worden opgenomen op de IC. Uiteraard wordt bij schaarste eerst geselecteerd op medische overwegingen: wie heeft de meeste kans de IC te overleven en snel te herstellen? In de regel krijgen jonge mensen dus op medische gronden voorrang. Dit uitgangspunt staat helemaal niet ter discussie. Degenen die maar bleven herhalen dat de ethisch cruciale kwestie zou zijn dat we zouden moeten kiezen voor iemand van 20 in plaats van voor iemand van 80 vertroebelden de zaak, omdat die keuze op medische gronden feitelijk en terecht allang wordt gemaakt.
Maar aan die hele discussie zat en zit nog steeds een rauw randje. En dat randje begint intussen een echte rouwrand te worden, die de gedachtewisseling over de aanpak van de pandemie dreigt te overschaduwen. Zoals medisch ethicus en verpleeghuisarts Hans van Delden lang geleden schreef over het fair innings-argument, dat voorstanders van leeftijdsdiscriminatie hierbij hanteren, dreigt dergelijk gedachtengoed bij te dragen aan ‘probleemdenken over ouderen’. Dat is inmiddels zwak uitgedrukt. De tegenstelling tussen jong en oud en de gedachte dat je leven er eigenlijk wel op zit als je boven de 60, 65, 70 of ouder bent, is in het achter ons liggend Corona-jaar opvallend snel populair geworden.
Zo pleiten de lijsttrekkers van GroenLinks en D’66 openlijk voor een voorkeursbehandeling van jongeren. Herstel NL gaat nog verder. De paar bekende maar verdwaasde economen die deze campagne ondersteunden hebben zich er inmiddels uit teruggetrokken. Het ‘herstelplan’ met safe zones voor ouderen en kwetsbaren is door deskundigen volledig afgebrand. “Die 4,5 miljoen ouderen en kwetsbaren leven niet allemaal in een afgesloten deel van het land. Dat zijn vaders, moeders, opa’s en oma’s. Die zijn in een land als Nederland zo nauw verbonden met de rest van de maatschappij. Als je de boel loslaat, wordt de zorg weer overspoeld. Die horrorscenario’s kennen we al.” Maar het met veel ondernemersgeld gesteunde hersteltreintje dendert lustig voort. Gewoon afzonderen die ouderen! Politici reageren met oog op hun electoraat verschillend. Baudet omarmt het plan volledig. Hij spreekt van “de welbekende corona-aanpak van Forum voor Democratie in het gewaad van Herstel NL”. Klaver aarzelt. Hij ziet positieve kanten, maar is ambivalent: “Ik denk dat het heel moeilijk is om te doen en ook niet helemaal wenselijk.” Wilders heeft oog voor de drang naar vrijheid, maar hij wijst het plan uitdrukkelijk af: “Tegen een paar miljoen 60-plussers te zeggen: blijf thuis of kom alleen in bepaalde gebieden, dat is niet mijn samenleving.”
Filosoof Ad Verbrugge zet in de NRC van 28 februari alvast een volgende stap. Eerder had internist Evelien Peeters, initiator van een brandbrief van vooral vertegenwoordigers van alternatieve geneeswijzen aan de Tweede Kamer en een van de initiatiefnemers van Herstel NL, in die krant al uitgebreid gelegenheid gekregen om te pleiten voor een ‘omgekeerde isolatie’. Kwetsbaren en ouderen moesten zich vrijwillig afzonderen en dan mocht de Corona-pandemie verder onder de rest van de bevolking rondgaan. Mondkapjes, anderhalve meter en geen handen schudden zouden dan niet meer nodig zijn. Vervolgens mocht psychiater Boudewijn Chabot, bekend van zijn visie op ‘zelfeuthanasie’, in dezelfde krant een uitvoerig pleidooi houden voor een nieuwe vorm daarvan. Hij vindt namelijk dat het tijd wordt dat “de ouderen zich gaan opofferen voor de jongeren.” Het blijkt voor hem maar een klein stapje, van ‘zelfeuthanasie’ als praktijk-tip voor liefhebbers naar ‘zelfeuthanasie’ als nieuwe norm voor ouderen.
Spengler-adept Verbrugge, zoals bekend toch al sterk gedreven door afschuw van de ‘babyboom-generatie’ (en van technische en van wetenschappelijke kennis), doet er nog een schepje bovenop. Hij ziet in het huidige Corona-beleid het zoveelste bewijs dat deze generatie ons leven regeert. De angst voor het virus geeft volgens hem de overheid en de technocratie de ruimte hun invloed uit te breiden. Hij vergelijkt de Nederlandse aanpak met die van China en kwalificeert die als “intensieve menshouderij”: “Er kruipt in onze samenleving een steeds grotere angstigheid die verband houdt met vergrijzing. De babyboomers drukken opnieuw een stempel op het maatschappelijk gemoed. Je zou kunnen zeggen: Ze flikken het ’m weer! In de jaren zestig bepaalden de babyboomers met hun rebellie de stemming. Nu doen ze dat met hun angstigheid.” In antwoord op de vraag of hij dan accepteert dat zijn voorstel voor een lossere aanpak kan leiden tot duizenden sterfgevallen meer onder ouderen, antwoordt hij bevestigend, waarbij hij overigens ontkent dat die extra aantallen sterfgevallen echt zo hoog zullen uitpakken.
Terecht werd deze visie in een kritische reactie aangeduid als een “morbide gedachte”. De criticus wijst erop dat er iets uitzonderlijks gaande is in Nederland: ”Waar de hele wereld geconfronteerd wordt met lockdowns, avondklok en beperkingen van sociale contacten, leidt dat alleen in Nederland tot het tegen elkaar opzetten van generaties.”